Uitspraak in het Plat: /snɛlvɛç/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Snell·weg
Pluralis: Snell­weeg m de Snell­weg
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:
Du büst to laat! — De Snellweg weer na en Unfall dicht!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: snell + Weg