Uitspraak in het Plat: /tɛɪ̯lɛfɔu̯nkɔː͡ɐt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Te·le·fon·koort
Pluralis: Te­le­fon­koor­ten f de Te­le­fon­koort
[1]
perifere woordenschat
Voorbeelden:
Ik bün Sammler un sammel ole Telefonkoorten.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Telefon + Koort