Uitspraak in het Plat: /vɛː͡ɐtʃɔp/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Weert·schop
Pluralis: Weert­schop­pen f de Weert­schop
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
[2]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
inn
Duits:
Voorbeelden:
Wi hebbt in de Weertschop seten un Koorten speelt.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Weert + -schop