Uitspraak in het Plat: /ɡɾassɪlɔ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Gras·si·lo
Pluralis: Gras­si­los m de Gras­si­lo
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
[2]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Gras + Silo