Uitspraak in het Plat: /pantiːn̩mɔːkɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Pan·tie·nen·ma·ker
Pluralis: Pan­tie­nen­ma­kers m de Pan­tie­nen­ma­ker
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Person, de Holschen herstellt
Nederlands:
Engels:
Voorbeelden:
Mit dat Handwark von de Pantienenmakers is dat in dat 20. Johrhunnert bargdal gahn.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Pantien + Maker