Uitspraak in het Plat: /vɛdɐvɪkɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Wed·der·wi·cker
Pluralis: Wed­der­wi­ckers m de Wed­der­wi­cker
[1]
perifere woordenschat

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Wedder + Wicker