zelfstandig naamwoord
Afbreking: Tem·pel
Pluralis: Tem­pels m de Tem­pel
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
[2]
perifere woordenschat
figuratief
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Voorbeelden: