brummscher brummschst
[1]
geavanceerde woordenschat
[2]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Wi mööt den Beer halen, de Söög is brummsch.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: brummen + -sch
Identieke woorden ››› brümmsch ❔︎