Uitspraak in het Plat: /buːtn̩mɪnɪstɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bu·ten·mi·nis·ter
Pluralis: Bu­ten­mi­nis­ters m de Bu­ten­mi­nis­ter
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:
De Butenminister is op en Reis in Afrika ünnerwegens.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: buten + Minister