Uitspraak in het Plat: /mɔːndaç/ 🔊︎
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Maan·dag
Pluralis: Maan­daag m de Maan­dag
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Woord afgeleid van: Dag