Uitspraak in het Plat: /køːtəlfɛɪ̯ɡɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Kö·tel·fe·ger
Pluralis: Kö­tel­fe­gers m de Kö­tel­fe­ger

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Kötel + fegen + -er