zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ter·rass
Pluralis: Ter­ras­sen f de Ter­rass
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
[2]
perifere woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Ries warrt faken op Terrassen anboot.