Uitspraak in het Plat: /duːm̩/ 🔊︎
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Du·men
Pluralis: Du­mens m de Du­men
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Woord afgeleid van: Duum