Uitspraak in het Plat: /lantɡɛmɛɪ̯n/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Land·ge·meen
Pluralis: Land­ge­me­nen f de Land­ge­meen
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
faken mit egen rechtliche Regeln, de op disse Laag Rücksicht nehmt
Nederlands:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Land + Gemeen