Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
fludderig
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/flʊdəɾɪç/
bijvoegelijk naamwoord
Afbreking:
flud·de·rig
fludderiger
fludderigst
[1]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „fludderig”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 1, pagina 570
Stader Geest:
Marcus Buck: getuigd door mondelinge bronnen op de Stader Geest
Nedersaksisch:
von
wat
,
wat
loos
dalbammelt
to’n Bispeel
ok
bruukt
von
Lüüd
,
de
sik
nich
önnig
anteht
,
wenn
se
na
buten
gaht
Nederlands:
flodderig
slonzig
Engels:
sloppy
Duits:
schlabberig
flatterig
schlottrig
schlotternd
Voorbeelden:
Dat
is
koolt
buten
!
Teh
di
önnig
wat
an
un
loop
nich
so
fludderig
rüm
!
[2]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [2] van „fludderig”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 1, pagina 571
Nedersaksisch:
ahn
goot
optopassen
Nederlands:
nalatig
slordig
achteloos
onachtzaam
Engels:
sloppy
negligent
careless
neglectful
inattentive
Duits:
nachlässig
flüchtig
leichtfertig
unachtsam
Voorbeelden:
Mit
Licht
un
Füür
schall
man
nich
fludderig
ümgahn
.
[3]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
×
kaart voor onderbetekenis [3] van „fludderig”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 1, pagina 571
Nedersaksisch:
bi
mit
de
Flunken
to
slahn
Nederlands:
fladderend
Engels:
flapping
fluttering
Duits:
flatternd
Voorbeelden:
De
Höhner
weren
so
fludderig
.
[4]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
meteorologie
×
kaart voor onderbetekenis [4] van „fludderig”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Cuxland:
Heinrich Teut:
Hadeler Wörterbuch: der plattdeutsche Wortschatz des Landes Hadeln (Niederelbe).
Wachholtz, 1959, deel 1, pagina 571
Nedersaksisch:
bi
to
weihn
(
von
’n
Wind
)
Nederlands:
waaierig
Engels:
blowy
Duits:
wehend
flatterig
vom
Wind
Voorbeelden:
Wi
hebbt
vondaag
ganz
fludderigen
Wind
.
Etymologie:
Samengesteld woord gevormd door:
fluddern
+
-ig
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.