Taal veranderen naar:
Plattdüütsch
Deutsch
English
Taal blijvend veranderen
Swienegel
in het Nedersaksisch
Uitspraak in het Plat:
/sviːnɛːɡəl/
Audio
🔊︎
zelfstandig naamwoord
Afbreking:
Swien·e·gel
Pluralis:
Swienegels
m
de Swienegel
[1]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
biologische species
×
kaart voor onderbetekenis [1] van „Swienegel”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Oldenburg:
Artur vor Mohr:
Vocalstand des oldenburgischen Niederdeutsch.
Soltau, Norden 1904, pagina 35
PDF, 1,6 MB
Holsteiner jüm-gebied:
Boysen van Nienkarken:
Leeder und Stückschen in Ditmarscher Platt.
Brockhaus, Leipzig, 1865, pagina 323
PDF, 3,1 MB
Stader Geest:
Marcus Buck: getuigd door mondelinge bronnen op de Stader Geest
Noord-Heide:
Lütt Nokixel, Naturpark Lüneburger Heide
Zuidwest-Ostfalen:
Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung
, jaargang 1908, pagina 97
PDF, 6,9 MB
Altmark:
Johann Friedrich Danneil:
Wörterbuch der altmärkisch-plattdeutschen Mundart.
Schmidt, Salzwedel 1859, pagina 89
PDF, 28,1 MB
Oost-Mecklenburg:
Carl Friedrich Müller:
Reuter-Lexikon.
Leipzig 1905, Hesse & Becker Verlag, pagina 134
PDF, 5,1 MB
Nedersaksisch:
Erinaceidae
:
Famielje
von
Söögdeerten
Nederlands:
egel
Engels:
hedgehog
Duits:
Igel
Voorbeelden:
Kennst
du
de
Geschicht
von
Swienegel
un
Haas
?
Topfklao, CC BY-SA 3.0
[2]
kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
gebruikt in familiaire taal
gebruikt in omgangstaal
figuratief
×
kaart voor onderbetekenis [2] van „Swienegel”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Stader Geest:
Marcus Buck: getuigd door mondelinge bronnen op de Stader Geest
Zuidwest-Ostfalen:
Albert Hansen:
Holzland-ostfälisches Wörterbuch.
Ummendorf 1964, pagina 193
Altmark:
Johann Friedrich Danneil:
Wörterbuch der altmärkisch-plattdeutschen Mundart.
Schmidt, Salzwedel 1859, pagina 219
PDF, 28,1 MB
Oost-Mecklenburg:
Carl Friedrich Müller:
Reuter-Lexikon.
Leipzig 1905, Hesse & Becker Verlag, pagina 134
PDF, 5,1 MB
Nedersaksisch:
Pottfarken
Nederlands:
goorlap
Engels:
mudlark
litterbug
dirtbird
Duits:
schmutziger
Mensch
Schmutzfink
Dreckspatz
Voorbeelden:
Du
Swienegel
!
Wat
hest
du
di
denn
al
wedder
so
insuddelt
!?
[3]
kaart tonen
perifere woordenschat
actief
figuratief
biologische species
×
kaart voor onderbetekenis [3] van „Swienegel”
bekend
onbekend
bekend in de dialectgroep
onbekend in de dialectgroep
onbepaald
🛈
Over de kaarten
Altmark:
Johann Friedrich Danneil:
Wörterbuch der altmärkisch-plattdeutschen Mundart.
Schmidt, Salzwedel 1859, pagina 219
PDF, 28,1 MB
Nedersaksisch:
Oniscidea
: Krabbeldeert, dat
geern
in
düüstere
un
fuchte
Ecken
sitt
Nederlands:
pissebed
Engels:
woodlouse
Duits:
Assel
Landassel
Kellerassel
Voorbeelden:
As
ik
den
Steen
hoogböhrt
heff
,
keem
dor
en
ganzen
Hümpel
Swienegels
vördaag
.
André Karwath aka Aka, CC BY-SA 2.5
Etymologie:
Samengesteld woord gevormd door:
Swien
+
Egel
Tweelingswoorden:
Swiensegel
Rijmwoorden
Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.