Pluralis: Flüch­ten f de Flucht
Pluralis: Flücht f de Flucht
Pluralis: Fluch­ten f de Flucht
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
[2]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
[3]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
[4]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:
Identieke woorden ››› Flücht ❔︎